Ongeacht de bedragen die door de aangezochte autoriteit uit hoofde van de in artikel 13, lid 4, van Richtlijn 2010/24/EU bedoelde interesten zijn ingevorderd, wordt een schuldvordering geacht te zijn ingevorderd in evenredigheid tot de invordering van het bedrag, uitgedrukt in de nationale valuta van de lidstaat van de aangezochte autoriteit op basis van de in artikel 18, lid 2, van deze verordening bedoelde wisselkoers.